Heidegger sprak in een brief aan de Zwitserse psychiater Medard Boss van de hedendaagse ‘dictatuur van de wetenschap’ (Zollikoner Seminare). Uit andere uitspraken van ‘de late Heidegger’ valt af te leiden dat hij deze dictatuur voor totaal houdt – of op zijn minst dat deze op weg is totaal te worden. Anderzijds doet hij in dezelfde Zollikoner Seminare uitspraken die met deze bewering strijdig zijn. Hij spreekt bijvoorbeeld alsof er een andere (holistische?) wijze van geneeskunde nodig zou zijn.
Een dictatuur en het verzet
In een niet totale dictatuur is er altijd verzet dat de kop moet worden ingedrukt. Een totalitaire dictatuur organiseert het eigen verzet om zichzelf te versterken. Tenminste, als we afgaan op de twee of drie voorbeelden die we ervan kennen: in uiterste vorm, Stalin, op de voet gevolgd door Mao en ook Hitler ging die kant uit. Bij Stalin was dit organiseren vooral een verzinnen en/of paranoïde inbeelden van verzet. Nauwelijks was het bloed van de beschuldigden van het vorige complot gestold, of er doemde al weer een nieuw complot op. Dit hield de angst er goed in, omdat ook altijd de ‘hofhouding’ (anders dan bij Hitler) in gevaar was. Zo werd de vrouw van tweede man Molotov (inderdaad, hij kreeg ook een explosieve cocktail naar zich vernoemd) gedeporteerd. Mao organiseerde een campagne ter aanmoediging van publieke kritiek op het regime, die poëtisch ‘Laat honderd bloemen bloeien’ heette. Vervolgens organiseerde hij een campagne om de uitgebotte criticasters te bestrijden. Of de wetenschap een totalitaire dictatuur is of niet, dat is nog de vraag. Wellicht kunnen we het aflezen aan de stand van het verzet.
Het metafysisch verzet: het vitalisme van Driesch
Ik was vanochtend bij een lezing van Rico Sneller voor het mini-symposium van de werkgroep Filosofie en Spiritualiteit. In deze lezing betoogde Sneller dat de vitalistische metafysica van negentiende eeuwer Hans Driesch voor ons nog relevant is. Driesch was een leerling van Ernst Haeckel, bekend om zijn fraaie tekeningen en vooral om zijn theorie dat het ontstaan van soorten (fylogenese) de mechanische oorzaak van het ontstaan van het organisme uit het embryo (ontogenese of morfogenese) is. De verschillende fasen van het embryo zouden de verschillende fasen van de evolutie herhalen. Driesch’ eigen experimentele onderzoek in de embryologie leidde tot de ontdekking van de toti- en pluripotente cel, de cel die (bijna) elke andere cel kan worden. Hij meende dat dit niet door de mechanistische darwinisme kon worden verklaard. En aangezien hij volgens de ‘recapitulation theory‘ van Haeckel de embryonale ontwikkeling als een herhaling van de ontwikkeling van soorten zag, volgde voor hem dat de mechanistische theorie van Darwin alleen het verdwijnen van soorten kan verklaren, maar niet het ontstaan ervan. De evolutietheorie zou de evolutie niet kunnen verklaren! Daarvoor was een ‘psychoïde entelechie’ voor nodig. Deze niet-mechanische kracht zou de vorming van het organisme (en, in het grotere geheel, van de soorten) voortstuwen.
Als stoffig relict van de wetenschapsgeschiedenis enigszins interessant en vooral amusant, maar Sneller beweerde dat dit nog altijd relevant is, dat het probleem van het leven nog altijd bediscussieerd wordt. Bij de vragen na afloop waren er ook nog eens, je kon erop wachten, van die oude mafkezen die vroegen hoe dit met het Bewustzijn te maken had, dat natuurlijk aan alles voorgaat en de materie stuurt enz. enz. Eigenlijk had ik moeten reageren, maar hoe je dat? ‘Alles wat u hebt gezegd, is flauwekul’, dat klinkt zo onaardig. Vriendelijkheid en traditie maken van ons lafaards, zei de spreekster, Karin Melis, in de voorafgaande lezing; zij blonk overigens uit in zulke vage tegeltjeswijsheden.
Ik kijk op wikipedia: morphogenesis en zie geen noemenswaardige problemen. In de ‘recapitulation theory’ gelooft geen bioloog meer. Het argument tenslotte dat de evolutietheorie het ontstaan van soorten niet zou kunnen verklaren, kom je in creationistische en aanverwante kringen nog wel eens tegen. In elk boek over de evolutietheorie zal uitleggen waarom dat onzin is: recombinatie en variatie met natuurlijke selectie is genoeg. In termen van Daniel Dennett (Darwin’s Dangerous Idea) is de ‘psychoïde entelechie’ een ‘luchthaak’. Deze metafyische kracht is nergens voor nodig, het fenomeen kan uitstekend met mechanische ‘kranen’ worden verklaard. De biologie heeft de metafysica niet nodig om haar problemen op te lossen. Exit Driesch.
Sneller werd op Driesch gewezen door Hans Gerding, die in Leiden op kosten van een theosofische vereniging (ze bestaan blijkbaar nog, die theosofen) zich bezig houdt met parapsychologie. Parapsychologie is net als het vitalisme metafysisch verzet tegen de dictatuur van de wetenschap. Met zulk verzet zal de wetenschap niet erg in de maag zitten. Wat onwetende theologen, wat vage figuren zonder intellectueel geweten, een ernstig verdwaalde ex-wetenschapper (Rupert Sheldrake), nee, zij zullen geen regime change brengen.
Mijn advies aan Rico Sneller is:
- spreek niet van zaken waarvoor geldt dat je ‘niet gehinderd wordt door enige kennis’.
- negeer de adviezen van Hans Gerding, een slechte invloed in deze werkgroep.
- houd het bij echte filosofie waar je wat van weet, Derrida c.s.
De dictatuur van de wetenschap en het metafysisch verzet
De dictatuur van de wetenschap organiseert zijn eigen verzet: het wetenschappelijk discours, het toelaten van verschillende strijdige theorieën en hypothesen. Deze strijd is echter geen strijd tegen de wetenschappelijke methode, maar alleen een strijd van theorieën. Een verstrekte theorie of een overwinning van een voorheen nieuwe theorie verstrekt de wetenschap alleen maar. De strijd vergroot de technische handelingsmogelijkheden, zorgt voor nieuwe geneeswijzen, ontsluit nieuwe markten. Dit verzet is als de strijd tussen de instituties in een dictatuur, die de dictatuur alleen maar versterken.
Het echte verzet tegen de dictatuur van de wetenschap zal verdwijnen of is reeds verdwijnen, net als het echte verzet in een totale dictatuur. Het metafysische verzet kan als schijnverzet de dictatuur blijven versterken. Wellicht is dat het geval. De dictatuur wordt er in ieder geval niet door aangetast. Het houdt de schijn van ‘er is nog iets anders’ op. Het geeft de dictatuur een heilig aureool. Of het zorgt voor wat amusement (de ver-Nico-Dijkshoorn-ing van de filosofie).
Resistance is futile, zegt het totalitair cybernetische volk The Borg in Star Trek. Het metafysische verzet tegen de wetenschap, het zoeken naar iets boven en buiten de mechanische wetten dat niettemin op de fysische wereld van invloed is, is zinloos. Het metafysische verzet – daar lacht de dictatuur om.
You will be assimilated. Jullie zullen worden gelijkgeschakeld met de wetenschap. De financiers en de managers zullen jullie dwingen iets nuttigs te gaan doen. Men zal zeggen: laat Driesch maar verstoffen, ga eens empirisch onderzoek doen!
Your distinctiveness will be added to our own. Jullie talent en werkkracht zullen voor de wetenschap worden ingezet. Ga productie draaien, prestatienormen halen.
Kortom, afgaande op de stand van het verzet, nadert de dictatuur van de wetenschap zijn totalitaire status, of is reeds zover. (Ter relativering: men kan ook spreken van de totale dictatuur van het amusement, van de accelererende snelheid, van het beeld, enz.)
Geen verzet, maar denken
Heidegger zegt dat de wetenschap juist is, maar niet waar. Wat dat ook precies moge betekenen, hij ziet geen heil in een herleving van de metafysica. De wetenschap is juist, er zijn geen onjuistheden waarvoor metafysische luchthaken nodig zijn. Heidegger zag nog een mogelijkheid van een denken bij de wetenschap, denkend aan wat de wetenschap zelf niet denken kan. Dit aandenken noemde hij geen filosofie meer: de wetenschap ontspringt aan de filosofie, maar thans loopt de filosofie aan haar leiband (veelal Angelsaksische filosofie) of de filosofie organiseert het metafysische verzet tegen de wetenschap.
In ieder geval geeft het metafysische verzet de voorbereiding van een niet-metafysisch denken, zoals Heidegger dat nog voor zich zag, een slecht imago. Alsof het samenvalt met het metafysische verzet tegen de dictatuur van de wetenschap. Het is tenslotte nog de vraag of Heideggers vraag naar de wetenschap te denken is, maar dan moet het eerst een echte vraag worden. De metafysica zelf zal daarbij niet helpen, integendeel.